Een testament aanvechten is heel ongewoon. Volgens een schatting komt ongeveer 99% van de testamenten zonder problemen door de proeftijd. Als een testament niet aan bepaalde wettelijke eisen voldoet, of als de maker van het testament niet meerderjarig of gezond van geest was, kan een toekomstige erfgenaam of begunstigde het na de dood van de maker van het testament aanvechten. Er zijn verschillende gronden waarop iemand die er voordeel bij heeft dat het testament wordt vernietigd, een rechtsmiddel kan baseren.
Leeftijd
Het is bijna nooit een probleem, maar de persoon die het testament maakte moet:
- 18 jaar of ouder zijn, of
- wonen in een van de weinige staten die jongere personen toestaan een testament te maken als ze getrouwd zijn, in het leger zijn, of op een andere manier als “geëmancipeerd” beschouwd worden.
Geestesgesteldheid
De maker van het testament moet “gezond van geest” geweest zijn toen het testament gemaakt werd. Dit is geen strenge eis. Gewoonlijk eist een rechtbank die geconfronteerd wordt met het oplossen van een kwestie van geestelijk vermogen alleen dat de persoon die het testament maakte:
- wist wat een testament doet en dat hij of zij er een maakte
- wist voor wie hij of zij normaal gezien geacht zou worden te zorgen, zoals een echtgenoot of kinderen
- begreep wat hij of zij bezat, en
- in staat was te beslissen hoe zijn of haar bezit verdeeld moest worden.
In werkelijkheid moet iemand al behoorlijk ver heen zijn voor een rechtbank een testament ongeldig verklaart. Vergeetachtigheid of zelfs het onvermogen om vrienden te herkennen is op zichzelf nog geen bewijs van onbekwaamheid.
Fraude of overmatige beïnvloeding
Een testament kan ook ongeldig verklaard worden als een rechtbank vaststelt dat het door fraude, valsheid in geschrifte, of “ongepaste beïnvloeding” tot stand gekomen is. Meestal gaat het hier om een boosdoener die een vertrouwenspositie bekleedt — bijvoorbeeld een verzorger of een volwassen kind — die een kwetsbare persoon manipuleert om al zijn bezittingen, of het grootste deel daarvan, aan de manipulator na te laten.
Notariële bekrachtiging
Testamenten hoeven niet notarieel bekrachtigd te worden om geldig te zijn. Sommige testamenten bevatten echter een “zelfbewijzende” beëdigde verklaring (sworn statement) die de getuigen voor een notaris ondertekenen, waardoor de getuigen later niet voor de rechter hoeven te komen om te zweren dat het testament geldig is.